Onderzoekstraject: Jef Verheyen Archief
Jef Verheyen Archief: dode letters opnieuw levend maken
Het CKV deelt expertise op het vlak van beeldende kunstarchieven en nalatenschappen. Zo is het pilootproject over Jef Verheyen (1932-1984) één van deze voorbeeldtrajecten die focussen op de ontwikkeling van een (digitale) oeuvrecatalogus. CKV werkt hiervoor samen met het Jef Verheyen Archief om de ontsluiting van het oeuvre en het archiefmateriaal van de Belgische kunstenaar voor te bereiden, aan de hand van M HKA’s Ensembles databank.
Het onderzoeksproject werd aangevat als een meerjarig traject en bestaat uit drie grote fases.
In de eerste fase staat het opmaken van een basisinventarisatie van het oeuvre centraal. Concreet betekent dit dat er voor zo’n 800 kunstwerken een registratie in Ensembles gebeurde aan de hand van basiscriteria zoals jaartal, materiaal, afmetingen, inscripties, herkomst, tentoonstellingen, publicaties en foto’s. Door de aard van het werk van Verheyen werd deze digitale inventaris opgedeeld in categorieën die te maken hebben met medium (doek, papier, keramiek, sculptuur), periodisering (gaande van jaren 1950 tot 1980), collecties (publiek, privaat) of ontstaansgeschiedenis (samenwerkingen, werken gedeeld met andere kunstenaars of auteurs). De registratie van de werken gebeurde op basis van archiefdocumenten uit eerste hand (zoals lijsten en notities geschreven door de kunstenaar zelf), maar ook tentoonstellingscatalogi, monografieën, publieke collecties en veilingberichten vormden het fundament voor een database.
De tweede fase heeft als voornaamste doel de digitalisering, invoer en beschrijving van alle archiefmateriaal. Zo werd de databank reeds verrijkt met meer dan duizend archiefstukken die de kunstenaar naliet. Deze worden eerst gesorteerd, geordend, geschoond en zuurvrij verpakt. Archiefstukken worden vervolgens professioneel gescand, ingevoerd in de bestaande database, en stuk voor stuk beschreven. Ook hier wordt er gebruik gemaakt van categorieën om de hoeveelheid te kunnen structureren. De voornaamste reeksen zijn notitie- en schetsboekjes, manuscripten van zijn theoretische essays zoals Essentialisme, (reis)agenda’s, correspondentie, foto’s, literair archief, maquettes van tentoonstellingen en publicaties, teksten over Verheyen, pers, affiches, publicaties en officiële administratie.
Na de archiefverwerking wordt in een derde fase tenslotte het werk van Verheyen in een breder historisch kader geplaatst. Die context ontstaat door de duiding van de verschillende trajecten die de kunstenaar tijdens zijn carrière aflegde, zoals de focus op keramiek, zijn manifest ‘Pour une peinture non plastique’, de oprichting van de Nieuwe Vlaamse School, de betrekking bij Filmgroep 58, of de organisatie van Integratie 64. Door gebruik te maken van de databank is het immers mogelijk om belangrijke thema’s uit het leven en werk van de kunstenaar aan elkaar te koppelen. Op die manier kan men veel gemakkelijker focussen op bepaalde deelaspecten, fases, tentoonstellingen, samenwerkingsverbanden of kunstenaarsbewegingen die deel uitmaken van Verheyens artistieke universum.
Hieronder worden aan de hand van enkele voorbeelden bepaalde eigenheden geïllustreerd die naar voren komen tijdens dit tweeledige project, dat focust op het archief en oeuvre.
Dialoog
Uit het project van Jef Verheyen leren we de voordelen van de dialoog tussen oeuvre en archief. Door de beschrijving en ontcijfering werd het archiefmateriaal opnieuw in verband gebracht met kunstwerken, tentoonstellingen, thema’s, verkopen, reizen, netwerken en samenwerkingen met musea, galeries of andere kunstenaars. Veel van de brieven en losse nota’s bieden inzicht in de esthetica en filosofie van Verheyen, en zo vormt de reconstructie van het archief de basis voor vragen van externe onderzoekers, curatoren, verzamelaars. Tentoonstellingen worden zo bijvoorbeeld gereconstrueerd, niet alleen door een juist zicht op de aanwezige werken, maar ook aan de hand van alle voorbereidende notities, correspondenties, foto’s en publicaties.
De Ensembles databank wordt met andere woorden als tool gebruikt om het archief en het oeuvre te verbinden, te laten herleven. De databank maakt het mogelijk om een heldere structuur op te bouwen van verschillende clusters die onderling ook gelinkt kunnen worden. Deze clusters of ‘ensembles’ zijn flexibel van inhoud en kunnen gaan om kunstwerken, documenten, foto’s, maar ook projecten, tentoonstellingen en evenementen.
Dynamisch gegeven
Mede door de zichtbaarheid van dit onderzoek worden regelmatig onbekend archiefmateriaal of verloren werken gesignaleerd. Het oeuvre-overzicht van Jef Verheyen is dan ook veeleer een work in progress met een dynamisch karakter en geen afgesloten oeuvrecatalogus. Eigenaars van een werk of archiefmateriaal kunnen zich aanmelden door het invullen van een formulier op de website. Ook via andere kanalen kunnen er sporadisch nieuwe werken opduiken, alsook via nieuw archiefmateriaal dat naar boven komt. Deze open werkwijze is gunstig om het veel voorkomende euvel te verhelpen dat er kort na publicatie van een papieren oeuvrecatalogus nieuwe informatie uitkomt dat niet werd opgenomen in het overzicht van het oeuvre. Dit is kenmerkend voor elk oeuvre dat van eigenaar is veranderd en niet meer in bezit is van de kunstenaar zelf, van de erfgenamen of van de eerste eigenaars.
Privé versus publiek
Bij de ontsluiting van het Jef Verheyen Archief in Ensembles wordt gewerkt met verschillende lees- en schrijfrechten, en een gedeeltelijke ontsluiting. Elke vorm van informatie kan publiek zichtbaar, deels zichtbaar of onzichtbaar gemaakt worden. Dat biedt het voordeel om archiefstukken met betrekking tot de persoonlijke levenssfeer te ontsluiten, maar niet publiek zichtbaar te stellen. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor gegevens die te maken hebben met herkomst of provenance. De verschillende lees- en schrijfrechten worden in onderling overleg met de nalatenschap van Jef Verheyen bepaald, in dit geval het Jef Verheyen Archief. Doel is om tot een publieke digitale databank te komen, waarbij geselecteerde informatie standaard publiek beschikbaar wordt, en andere informatie via de beheerder van het archief kan worden opgevraagd, bijvoorbeeld door onderzoekers.
Parafernalia
Naast de eerder vermelde gebruikelijke stukken in het archief bevinden zich in het Jef Verheyen Archief ook de persoonlijke bibliotheek en diverse parafernalia. Voorbeelden zijn de bewaarde objecten uit de verschillende ateliers, of de verzameling artefacten gekregen van bevriende kunstenaars, vaak gemerkt met persoonlijke dedicaties. De kunstenaar liet ook een liber amicorum of ‘vriendenboek’ na, een waardevol document dat de artistieke en literaire kring van een kunstenaar in één oogopslag blootlegt. Het oeuvre van Verheyen kent tevens niche werken zoals samenwerkingen met andere kunstenaars, schrijvers of vrienden. Deze verwezenlijkingen uit de ‘periferie’ vervolledigen de gangbare kunsthistorische perceptie van Jef Verheyen.
(ADT)